Neerlandia: Wonen in een spijkerfabriek
Aan de Vaartsche Rijn in Utrecht is het voormalige terrein van draadfabriek Neerlandia herontwikkeld tot een aangenaam woonbuurtje. In de oudste fabriekshal zijn appartementen gemaakt.
Op de plek van gesloopte loodsen zijn nieuwe rijenwoningen gebouwd aan autovrije straatjes. De kade is omgevormd tot openbaar wandelgebied. Met de herontwikkeling van dit terrein verbindt ZEEP architects and urban designers de wijk met het water en houdt de herinnering aan het industriële verleden levend.
Van de industriële bedrijvigheid langs de Vaartsche Rijn in de Utrechtse wijk Hoograven zijn tegenwoordig slechts enkele sporen herkenbaar. De meeste fabrieksschoorstenen en -hallen zijn na jarenlange leegstand ingestort of gesloopt. De Neerlandiafariek dreigde eenzelfde lot.
Het gebouw is in 1914 gebouwd als Chemische Fabriek v/h Dr. F.C. Stoop. Vanaf 1932 produceerde Draadindustrie Neerlandia draadnagels (spijkers) en allerlei soorten metaaldraad in de fabriek en breidde het complex uit met 8 loodsen. Na het vertrek van lompen- en metaalhandel Prozee, die van 1973 tot 2002 het terrein gebruikte, stond het complex leeg en verpauperde.
Ik was meteen gefascineerd door de ruïneuze fabriekshal. Het dak van de monumentale hal was ingestort en er groeiden planten en bomen in’’
Kathedrale fabriek
Jan Poolen van ZEEP architects and urban designers kwam in 2009 voor het eerst bij Neerlandia: “Ik was meteen gefascineerd door de ruïneuze fabriekshal. Het dak van de monumentale hal was ingestort en er groeiden planten en bomen in. Ik zag wel een toekomst voor dit gebied en ontwierp een herontwikkelingsplan met behoud van dit gebouw.”
Hoewel een zijbeuk is verdwenen, blijft de oorspronkelijke basilicale typologie van de fabriek – een middenschip met zijbeuken – behouden. Nieuwe stalen spanten, die de contouren van de verdwenen zijbeuk tonen, verbinden de fabriek met de nieuwe woningen, die op de plaats van vroegere loodsen zijn gebouwd.
Enkel de monumentale zuid- en westgevel van de draadfabriek zijn behouden en dan ook nog slechts ten dele. “De hal was een stuk langer - ca. 110 meter en nu ca. 92 meter - en is letterlijk doorgezaagd, om ruimte te maken voor een nieuwe straat en woningen ten oosten van de hal. De zaagsnede heb ik op de hoek in het metselwerk duidelijk zichtbaar gelaten.”
De oorspronkelijke stalen kozijnen hadden een fijne roedenverdeling en een slankheid die de renovatieprofielen van Reynaers zeer nauw benaderen
Industriële ramen
De historische gevels zijn voorzien van nieuwe hoogwaardige aluminium kozijnen die de sfeer van de oude stalen ramen ademen. Poolen: “De oorspronkelijke stalen kozijnen hadden een fijne roedenverdeling en een slankheid die de renovatieprofielen van Reynaers zeer nauw benaderen.
In de zijbeuken van de fabriek zaten alleen hoge vensters. Voor de woningen waren uiteraard meer vensters nodig. Door de parkeergarage onderin de fabriek te leggen, konden we het gesloten gevelbeeld op de begane grond behouden. Daarboven hebben we nieuwe vensters toegevoegd, precies onder de bestaande ramen.” Dit resulteert in een evenwichtig gevelbeeld.
De lange zuidgevel heeft een zware geluidsbelasting, door de nabijgelegen A12. Daarom zijn hier dubbele puien toegepast. De binnenpui kan geopend worden en de vaste buitenpui met roedenverdeling weert geluid en heeft aan onder- en bovenzijde een spleet van 80 mm voor ventilatie.
Ook in het middenschip zijn slanke aluminium kozijnen toegepast. Op de kopgevel aan de kade zijn grotere aluminium puien toegepast. Hier komt binnenkort op de begane grond horeca. Gevelbouwer Alkondor heeft alle puien gemonteerd.
Appartementen en lofts
Ontsluiting van de woningen loopt via twee entreehallen aan het begin en einde van de straat aan de noordzijde. Hoge aluminium puien brengen veel daglicht in die hallen, ’s nachts verlichten lampen uit de oude fabriek de entrees.
Vanuit de entreehallen bereikt men de binnenstraat met daaraan de appartementen op de eerste en tweede verdieping en via een galerij de ruimere appartementen op de derde etage. Op de kop aan de kade zijn vijf lofts met balkons boven de horecaruimte gemaakt.
Moderne kop biedt blik in verleden
De vormgeving van de nieuwe oostelijke kopgevel is modern met een industrieel karakter. Binnen een kader van zwarte stalen H-balken is de gevel bekleed met bronskleurig geanodiseerde aluminium platen.
Binnen dat kader toont een figuurperforatie in aluminium platen de binnenkant van de Neerlandiafabriek voor de renovatie. Een oude foto is hiertoe negatief gemaakt en omgezet in perforaties variërend van 6 tot 18mm.
Hier en daar zijn smalle vensterstroken uitgespaard, en in het midden is grote terugliggende nis, waarin een inrit ligt naar de parkeergarage en de binnenstraat tussen de woningen ligt. Een bordes en een vluchttrap hebben een cortenstalen balustrade.
Schoorsteen herbouwd
Een blikvanger van het project is de 35 meter hoge schoorsteen. Deze stond vroeger op de plek waar nu het eerste nieuwbouwblok naast de oude hal staat.
Bij de aanvang van de herontwikkeling in 2012 is de schoorsteen gedemonteerd en in 2017 is hij aan de andere kant van de oude fabriek herbouwd. Hij staat er beter bij dan voorheen, want een nieuwe kop vervangt de oude afgebrokkelde top.
Woonstraatjes en kade
“In een eerdere fase hebben we haaks op de kade vier stroken rijenwoningen gebouwd met op de kop een blokjes appartementen aan het water. De contouren van de oude fabrieksloodsen vormden de basis voor de verkaveling”, legt Poolen zijn plan voor het buurtje uit.
De intieme straatjes zijn niet toegankelijk voor auto’s, die parkeren in de garage onder de kade. Met bankjes en plantenbakken eigenen de bewoners zich de straat toe. De brede openbare kade is als verblijfsplek aan het water een verrijking voor de wijk.
Deze tekst is geschreven door Jacqueline Knudsen van Eisma Bouwmedia.
Gebruikte Reynaers Aluminium systemen
Partners bij dit project
Fotograaf
- Jan Willem Schouten
Andere belanghebbende
- Lithos Bouw & Ontwikkeling (General contractors)
- Lithos bouw & ontwikkeling (Project developers)
- Brons Constructeurs & Ingenieurs (Construction managers)
- Jacqueline Knudsen of Eisma Bouwmedia (Authors)